Naast de diverse reserves zijn er zes voorzieningen. In totaal is in 2018 een bedrag van € 1,7 miljoen onttrokken aan de voorzieningen.

Pensioenvoorziening voormalig bestuur
De pensioenen van de (oud)-bestuursleden komen ten laste van Wetterskip Fryslân (‘eigen beheer’). Voor deze toekomstige, contant gemaakte, verplichtingen is een voorziening gevormd. Als basis voor deze voorziening dient de actuariële berekening waarmee de pensioenrechten zijn berekend. De voorziening is niet alleen getroffen voor de voormalige bestuursleden die inmiddels zijn gepensioneerd, maar ook voor de voormalige bestuursleden die de pensioengerechtigde leeftijd nog niet hebben bereikt. De uitbetaalde pensioenuitkeringen van € 0,29 miljoen zijn in 2018 rechtstreeks in mindering gebracht op de voorziening. Door hogere levensverwachting en de opbouw van pensioen door de huidige bestuursleden is een bedrag van € 0,46 miljoen aan de voorziening toegevoegd.
Door de uitvoerder van de pensioenen zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd:

Voor de reeds ingegane pensioenen:
•   Peildatum 31-12-2018.
•   Pensioengerechtigde leeftijd is gelijk aan AOW-leeftijd.
•   Rentepercentage is 0,988% voor verplichtingen met een looptijd van 10 jaar.
•   Waarde voor het nabestaandenpensioen is, waar nodig, eveneens opgenomen.

Voor de toekomstige pensioenen:
•   Peildatum 31-12-2018.
•   Rentepercentage is 1,577% voor verplichtingen met een looptijd van 25 jaar.
•   Pensioenrichtleeftijd is 68 jaar.
•   Gehanteerde factoren zijn conform wettelijke tarieven voor individuele waardeoverdrachten 2019 met pensioenrichtleeftijd 68 jaar.
•   Contante waarde voor het nabestaandenpensioen is eveneens opgenomen.

In onderstaand overzicht zijn enkele gegevens van de pensioenvoorziening per 1-1-2019 weergegeven.

Onder gepensioneerden vallen (oud)-leden van het dagelijks bestuur, hun partners, en dagelijks bestuursleden van de rechtsvoorgangers, die wegens pensionering pensioen uitbetaald krijgen. Onder actieven vallen de huidige leden van het dagelijks bestuur. Onder slapers verstaan we (oud)-leden van het dagelijks bestuur die bij uitdiensttreding anders dan wegens pensionering premievrije aanspraken op pensioen hebben behouden.

Wachtgeld voormalig bestuur
Na de verkiezingen van maart 2015 is een nieuw bestuur aangetreden. Vanuit het oude dagelijks bestuur heeft één lid weer zitting genomen in het huidige dagelijks bestuur. Eén lid had op basis van zijn leeftijd recht op een pensioenuitkering. Twee leden hadden op grond van de wet recht op een wachtgelduitkering. De berekening is gebaseerd op huidige wet- en regelgeving en het geldende overgangsrecht. De wachtgelduitkering is door een externe partij berekend. De totale wachtgeldverplichting is toegevoegd aan een voorziening. Inkomsten uit een nieuwe betrekking brengen we in mindering op de uitkering en de voorziening.

Voormalig personeel
De afgelopen jaren is een aantal medewerkers uitgestroomd. Voor de ontstane aanspraken is een voorziening gevormd. In 2018 is een bedrag van € 0,14 miljoen uitgekeerd ten laste van de voorziening. De in 2018 ontstane aanspraken ad € 0,04 miljoen zijn toegevoegd aan de voorziening

Voorziening gratificatie jubilea
Dit is een voorziening voor alle uit hoofde van de geldende arbeidsvoorwaarden opgebouwde rechten van werknemers en bestuursleden op jubilea-uitkeringen. De voorziening is bepaald voor de huidige werknemers en bestuurders. Daarbij is rekening gehouden met kans op vertrek. De zo ontstane geschatte kasstromen zijn vervolgens contant gemaakt. In 2018 is een bedrag van € 0,09 miljoen rechtstreeks ten laste gebracht van de voorziening. In verband met de actualisatie en toevoeging van rente is de voorziening verhoogd met een bedrag van € 0,11 miljoen.

Persoonsgebonden basisbudget
In de cao voor de waterschappen is een persoonsgebonden basisbudget (PBB) opgenomen. Het PBB bedraagt € 5.000 per medewerker. Medewerkers kunnen dit budget in een periode van vijf jaar inzetten voor loopbaanontwikkeling. Administratief is ervan uitgegaan dat per medewerker jaarlijks gemiddeld € 1.000 beschikbaar is. De bedragen die in 2018 niet zijn ingezet, houden we voor 2019 en verder beschikbaar. Om aan deze toekomstige verplichting te kunnen voldoen, is gedoteerd aan een voorziening PBB. Bij het bepalen van de omvang van deze voorziening is ervan uitgegaan dat medewerkers 80% van het beschikbare budget gaan aanwenden.